Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 20-08-2018

Schwerin

betekenis & definitie

Schwerin, een tot het groothertogdom Mecklenburg-Schwerin behoorend vorstendom, was te voren een bisdom, in 1167 door Hendrik de Leeuw gesticht, doch het werd in 1648 met eene oppervlakte van 13,6 □ geogr. mijl geseculariseerd en aan het Huis Mecklenburg toegewezen. — Schwerin is tevens de naam der hoofdstad van bovengemeld groothertogdom. Zij ligt in het district Mecklenburg, dat bij eene uitgebreidheid van 132 □ geogr. mijl de grootere westelijke helft des lands omvat, in een prachtig oord, aan de westzijde van het Meer van Schwerin, tusschen eenige kleine meren en aan den spoorweg van Hagenow naar Rostock. Zij bestaat uit de Oude en Nieuwe Stad, de Paulsstad en de Voorstad; er zijn 6 pleinen, fraaije straten en vele aanzienlijke gebouwen, waartoe in de eerste plaats het groot-hertogelijk kasteel behoort.

Wijders heeft men er 4 kerken, eene synagoge, eenige paleizen, eene stoeterij, een schouwburg, een muséum enz. Deze stad is sedert 1847 de residentie van den Groot-Hertog, de zetel van het ministérie, van eenige regtbanken enz., en er zijn onderscheidene inrigtingen van onderwijs. Met het garnizoen telt men er nagenoeg 28000 zielen (1875).

< >