Rogier (Charles), een Belgisch staatsman, geboren den 16den Augustus 1800 te St.-Quentin in Frankrijk, ontving zijne opleiding te Luik, wijdde zich na het volbrengen zijner studiën aan de journalistiek, snelde bij het uitbarsten der Belgische omwenteling in September 1830 aan het hoofd van 300 gewapende vrijwilligers naar Brussel en nam er deel aan het straatgevecht. Hij werd dan ook lid van het Voorloopig Bewind, behield die betrekking tot in Februarij 1831 en zag zich in Junij van dat jaar benoemd tot gouverneur van Antwerpen en in 1832 tot minister van Binnenlandsche Zaken. In al die betrekkingen onderscheidde hij zich door beleid en geestkracht, en vooral maakte hij zich verdienstelijk door de organisatie van het bestuur van den nieuwen Staat. Van 1834 tot 1840 was hij weder gouverneur van Antwerpen en van 1840 tot 1841 minister van Openbare Werken.
Daarna was hij lid van de Tweede Kamer en een begaafd woordvoerder der liberale oppositie. Toen den 12den Augustus 1847 een liberaal bewind aan het roer kwam, aanvaardde hij de portefeuille van Binnenlandsche Zaken en zorgde, dat België bewaard bleef voor de schokken van het jaar 1848. In den herfst van 1852 legde hij wegens de opgekomene spanning met Frankrijk de portefeuille neder en bleef te Brussel werkzaam in het Parlement, totdat hij den 9den November 1857 wederom tot minister van Binnenlandsche Zaken werd benoemd. Den 26sten October 1861 verwisselde hij zijne portefeuille met die van Buitenlandsche Zaken en werd voorzitter van het Kabinet, doch nam den den Januarij 1868 zijn ontslag. — Zijn broeder Firmin Rogier, geboren te Kamerrijk (Cambrai) den lsten April 1791, werd in 1830 meermalen belast met staatkundige zendingen naar Parijs en was van 1848 tot 1864 Belgisch gezant aan het Hof van Frankrijk.