Onder dezen naam vermelden wij:
De stad Ratzeburg, hoofdstad van het tot de Pruissische provincie Sleeswijk-Holstein behoorend district hertogdom Lauenburg; zij behoort gedeeltelijk tot het vorstendom Ratzeburg in Mecklenburg-Strelitz, ligt op een eiland in het Ratzeburger Meer, is door een dam met het vaste land verbonden, verheft zich op 2 heuvels en is station van den spoorweg van Büchen naar Lubeek. De zeer oude dom aldaar is een der prachtigste bouwgewrochten van Noord-Duitschland. Men heeft er een gymnasium, eene kweekschool voor onderwijzers en ruim 4000 inwoners, van welke 230 onderdanen zijn van den Groothertog van Mecklenburg Strelitz.
Het vorstendom Ratzeburg, tot het grootherdom Mecklenburg-Strelitz behoorende, doch hiervan gescheiden en gelegen tusschen Lauenburg, Mecklenburg-Strelitz en het gebied van Lübeck. Het heeft eene oppervlakte van 6,77 geogr. mijl, wordt door de Trave en het Ratzeburger Meer besproeid en telt 17000 inwoners, die zich met landbouw, nijverheid, vischvangst en meervaart bezig houden. Het bezit slechts ééne stad (Schönberg) en een gedeelte van de stad Ratzeburg, 5 voogdijen en 3 allodiale riddergoederen. — Het bisdom Ratzeburg ontstond in 1052 bij de splitsing van het bisdom Oldenburg, werd in 1066 door een opstand der Slawen vernietigd, doch in 1158 door Hendrik de Leeuw hersteld. Het omvatte het land tusschen de Elbe, de Bille, de Oostzee en de Stepnitz. De bisschop was rijksvorst en onderworpen aan den aartsbisschop van Hamburg-Bremen. Het bisdom werd echter in 1648 opgeheven en het land in 1701 aan Mecklenburg-Strelitz toegekend.
