Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 14-08-2018

Priesterwijding

betekenis & definitie

Priesterwijding (ordinatio) noemt men eene handeling, waardoor aan een geestelijke de bevoegdheid wordt gegeven tot het verrigten der plegtigheden, aan zijn ambt verknocht. Men vindt haar reeds vermeld bij de stichting der Apostolische Kerk, waar zij bestond in eene plegtige oplegging der handen en in een gebed. In de groote Protestantsche kerkgenootschappen geschiedt de inwijding ook thans nog door een geestelijke, bijgestaan door 2 ambtgenooten met toespraak, zegenbede en oplegging der handen. In de R. Katholieke Kerk is de priesterwijding een sacrament, hetwelk door den bisschop wordt verrigt, waardoor de gewijde voor altijd verheven wordt boven den kring der leeken en een character indelébilis (een onuitwischbaar merkteeken) verkrijgt.

Zij wordt voorafgegaan door de tonsuur. Om tot den rang van priester te geraken, moet men in de R. Katholieke en ook in de Grieksch-Katholieke Kerk zeven wijdingen (ordines) doorloopen, en ieder van deze gaat met bepaalde plegtigheden vergezeld. Men heeft er vier mindere wijdingen (ordines minores), namelijk die der kerkwachters, lectoren, exorcisten en anakolouthen, — en drie hoogere (ordines majores), namelijk die der subdiaconen, diaconen en Presbyters. De bisschopswijding wordt niet als eene afzonderlijke wijding gerekend.

< >