Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 10-08-2018

Omar

betekenis & definitie

Omar, de tweede khalif, geboren omstreeks het jaar 592 na Chr. te Mekka, een man van reusachtigen ligchaamsbouw, geweldige kracht en grooten moed, was reeds in 618 een aanhanger van Mohammed, vergezelde hem in zijne ballingschap naar Medina, onderscheidde zich in de gevechten van den Profeet tegen de ingezetenen van Mekka, waarin hij veelal diens witte vaan droeg, zooals in den slag bij Ohod, zorgde na den dood van Mohammed (632), dat Ahoe Bekr tot khalif gekozen werd en had gedurende de regéring van dezen grooten invloed. Aboe Bekr bestemde hem in 634 tot zijn opvolger. Omar onderscheidde zich door vroomheid, zuiverheid van zeden en naauwgezette pligtbetrachting, — voorts door schranderheid en energie, zoodat hij de voorschriften van het nieuwe geloof met onverbiddelijke gestrengheid handhaafde. Men vermeldt, dat hij zijn eigen zoon wegens het drinken van wijn heeft laten doodgeeselen.

Hij vergenoegde zich te Medina bij het graf van den Profeet met gerstenbrood, dadels, olijven en water, terwijl zijne veldheeren Chalid en Amroe groote rijken (Syrië, Perzië en Egypte) veroverden. Den rijken buit, bij die krijgstogten verworven, verdeelde hij met onbekrompene mildheid onder de soldaten. Hij legde de grondslagen van het rijk der Khalifen door het bestuur te regelen, terwijl hij den titel van Vorst der Regtgeloovigen, alsmede de tijdrekening der Hedsjra invoerde. In 637 trok hij binnen de muren van Jerusalem en stichtte aldaar de naar hem genoemde moskee. Hij was zeer onverdraagzaam jegens Israëlieten en Christenen en legde hun zware belastingen op. Een Christen-handwerksman uit Koefa, Firoez genaamd, wiens verzoek om vermindering van lasten hij van de hand wees, vermoordde hem op den 3den November 644.

< >