Lützen, eene kleine stad met omstreeks 3000 inwoners in het district Merseburg der Pruissische provincie Saksen, is merkwaardig door 2 veldslagen, die aldaar geleverd zyn, één in den Dertigjarigen Oorlog en één in den Bevrijdingsoorlog tegen Napoleon. De eerste viel voor op den 6 Aanstonds rukte Wallenstein hem tot Lützen te gemoet, maar gevoelde zich hier veilig, omdat naar zyn oordeel de Koning by het gevorderde jaargetyde in het verschanst kamp rust wilde nemen, zoodat hy Pappenhelm naar NederSaksen zond en zijne troepen inkwartierde te Lützen. Naauwelijks echter vernam Gustaaf Adolf, dat Pappenheim vertrokken was, toen hy zich opmaakte om Wallenstein aan te grypen en den 5den November des avonds in de nabijheid van Liitzen kwam. Hierdoor verrast, trok Wallenstein onverwijld zjjn leger bgeen en zond. renboden naar Pappenheim met bevel om aanstonds terug te keeren. Daarna verdeelde hjj zjjne krjjgsmagt zoodanig, dat de regter vleugel onder Molk op het stadje Liitzen steunde, terwijl de linker vleugel onder Gallas zich uitstrekte tot aan de slooten, die de vlakte doorsneden. Het-front was naar den weg gekeerd, waar Wallenstein de uitgediepte slooten met musketiers bezette. Daarachter stond het voetvolk in 4 groote afdeelingen, van welk ééne de vóór- en eene andere de achterhoede uitmaakte. Vóór het frónt bevond zich eene batterij van 7 kanonnen, terwijl eene andere van 14 kanonnen op het hoogste punt, bij den windmolen van Liitzen, was geplaatst. De ruiterij was op beide vleugels verdeeld; tussehen de eskadrons van den regter vleugel der ruiters waren pelotons musketiers geplaatst, en een vjjfde vierhoek van voetvolk stond in het midden.
Het leger der Zweden bestond uit 2 achter elkaar geplr.atste korpsafdeelingen. In elke afdeeling bevonden zich 4 brigades voetvolk, en aan de vleugels 12 regimenten ruiterij. De Koning was aanvoerder van den regter en hertog Sernhard van den linker vleugel, terwjjl het geschut vóór het front was opgesteld. Zoo stonden in den ochtend van 6 November de beide legers tegenover elkander. Een digte nevel vertraagde den strjjd, doch bp het optrekken van dezen tegen den middag gaf de Koning het teeken tot den aanval. De regter vleugel rukte voorwaarts naar de slooten, maar deinsde terug voor het vreeselijk vuur. Toen stelde de Koning zelf zich aan het hoofd der zjjnen, en de Keizerlijke troepen begonnen te wijken. Drie brigades trokken over de slooten, veroverden de aldaar geplaatste batterij en wierpen eerst den voorsten vierhoek, vervolgens den tweeden achterwaarts.
Toen kwam de derde de wijkenden te hulp. Door de kurassiers van Piccolomini aangegrepen en door de groote batterij bp Liitzen bestookt, moesten de Zweden met groot verlies terugtrekken. Intusschen had de Koning het geschut der Zweden tot ééne batterij vereenigd en was vervolgens met de ruiterij over de slooten gesneld. Nu begonnen de Keizerlijke troepen op hunne beurt te wijken; schrik en verwarring verspreidden zich over geheel hun linker vleugel en de batterij der 7 kanonnen werd opnieuw veroverd. Desgelijks had Sernhard op den anderen vleugel tot tweemaal toe een aanval gedaan, doch met minder goed gevolg. Zoodra de Koning het berigt ontving, dat zijn voetvolk begon te wijken, liet hij het voortzetten der overwinning over aan generaal Mom en ijlde aan het hoofd van het regiment Smaland naar de bedreigde plaats. Vergezeld door slechts weinige ruiters, onder welke zich hertog Franz non Laueriburg bevond, joeg hij in den nevel roekeloos vooruit, en werd door een Keizerlijken musketier eerst gewond door een schot in den arm, en toen hjj zich omkeerde, door een tweede schot in den rug, waarna h{j magteloos van het paard viel en door de Keizerlijke ruiters afgemaakt werd (zie onder Gustaaf). Hertog Semhard had zich op den linker vleugel juist tot den derden aanval gereed gemaakt, toen het berigt van den dood des Konings zich door de gelederen verspreidde.
Oogenblikkeljjk aanvaardde hjj het opperbevel en reed van afdeeling tot afdeeling om de ontroerde soldaten te bemoedigen. In woedenden aanval over de slooten dringend, wierpen de Zweden den vjjand overhoop, heroverden de verloren batterij, alsmede die, welke zich bij den windmolen bevond, en wierpen zich op den vierhoek. Reeds togen de Keizerlijken na het verlies van bjjkans al de zware ruiterij op de vlugt, toen Pappenheim met 4 frissche regimenten ruiters op het slagveld verscheen. De regter vleugel der Zweden moest wijken voor hun geweldigen aanval, — voorts het centrum en eindelijk de linker vleugel. De gewonnen batterijen werden weder veroverd en de Zweden over de slooten teruggedrongen, waarbij de Gele brigade bijna geheel vernietigd werd. Hier echter stuitte de tweede Zweedsche legerafdeeling onder bevel van Kniphausen den zegetogt der Keizerlijke troepen. Op datzelfde oogenblik werd Pappenheim doodehjk gewond. Zjjne ruiterij, daardoor in verwarring gebragt, nam de vlugt en sleepte een gedeelte van den regter vleugel mede, en toen nu hertog Sernhard, de beide afdeelingen vereenigend, op nieuw voorwaarts rukte, werden na een bloedigen strijd de slooten en de daarachter opgestelde batterij voor de derde maal genomen.
De vreeseljjke slag bleef intusschen onbeslist, en de invallende duisternis maakte daaraan een einde. Geene der partijen kon zich op de zegepraal beroemen, doch Wallenstein, vermoedeljjk voor de nadering der Saksers vreezend, verliet met achterlating van het geschut het slagveld en trok terug naar Leipzig, vanwaar hjj zich met zijn leger naar Bohemen begaf. Aan elke zijde telde men meer dan 9000 dooden. Het lijk van Gustaaf Adolf werd onder een hoop gesneuvelden geheel uitgeschud gevonden, door de hoeven der paarden bijna onkenbaar gemaakt. Het lag in de nabijheid van een grooten steenklomp, dien men later ter gedachtenis van dien Vorst in eere hield. In 1837 is boven dien steen een ijzeren gedenkteeken in Gothischen stijl geplaatst.
De slag van 2 Mei 1813, ook wel die van Groszgörschen genaamd, was na den Russischen veldtogt van 1812 de eerste belangrijke ontmoeting van het vereenigd Russisch-Pruissische leger met de krjjgsmagt van Napoleon. Reeds tegen het einde van April trok deze door het Thürin gerwoud en bereikte Naumburg den 28sten van die maand. Tevens rukte de Onderkoning van Italië uit de omstreken van Magdeburg voorwaarts en stond den 29*ten bij Merseburg. Toen nu na de gevechten, bij Rippach door de Fransche voorhoede aan generaal Winzingerode geleverd, waarbij Sessières sneuvelde, de Franschen Liitzen in bezit namen, bleek allengs duidelijker de bedoeling van Napoleon, om tegen Leipzig op te trekken. Het oprukkende Fransche leger telde 124000 en het Russiseh-Pruissische slechts 85000 man. Niettemin namen de Verbondene Mogendheden het besluit, Napoleon aan te tasten. Tot dat einde werd de geheele legermagt, die onder de bevelen stond van Wittgenstein, by Pegau en bij de overgangen over de Elster bijeengetrokken. Zy zou zich ten zuiden van Lützen ontwikkelen en de regter flank van den vjjand met kracht aangrijpen.
Het plan tot den slag was door ro« Scharnhorst op meesterlijke wijze ontworpen, maar leed in de uitvoering schipbreuk op de onbekwaamheid der bevelhebbers. Napoleon vermoedde niet eens de nabijheid der Verbondene Mogendheden en liet den 2den de hoofdafdeeling, gedekt door het korps van Ney, hetwelk regts afsloeg en eenigzins achterbleef, op den weg naar Liitzen voortrukken. Het korps van Kleist, bjj Lindenau staande, werd door Lauriston met kracht aangegrepen, en het kanongebulder versterkte den Keizer in het gevoelen, dat hij de Verbondene Mogendheden achter Leipzig zou aantreffen. Ney had de dorpen Groszgörschen, Rahna, Kaja en Kleingörschen, in een verschoven vierhoek gelegen, met zijne troepen bezet. Hier werd hij om 12 uur (6 uur later dan ro« Scharnhorst bevolen had) aangetast, en de slag nam een aanvang. Terstond werd Groszgörschen veroverd en tegen 2 uur maakte men zich na een vreeselijk gevecht ook van de andere dorpen meester. Toen verscheen Napoleon op het slagveld, door het aanhoudend kanongebulder derwaarts gelokt. Hij had reeds aan Ney bevel gegeven, om zich tot eiken prijs in zjjne positie te handhaven, en tevens aan de kolonnes, die reeds op weg waren naar Leipzig, om terug te keeren.
Alleen Lauriston bleef standhouden tegenover Kleist. De Onderkoning werd naar den linker vleugel, de garde met de kavailerie van Latowr Maulourg als reserve naar Liitzen, en Marmont, die nog verder achterwaarts was, naar den regter vleugel gezonden. Bertrand, die zich eerst by Rippach bevond, moest den vyand in de flank en in den rug bedreigen. De geheele slagorde was een meesterstuk. De voorste divisie van Marmont bezette aanstonds Starsiedel, hetwelk door de Verbondene Mogendheden verwaarloosd was, en de vreeselyke stryd om de 4 dorpen ontbrandde op nieuw. Door het vroeger oprukken van versche benden in de regter flank zou men de Franschen gedwongen hebben, de dorpen te ontruimen, doch dit was nu te laat. Yorh werd in het gevecht gewikkeld, Blücher verscheen met de reserve, en de Pruissische garde-brigade bestormde gemelde dorpen. Een aanval der kavailerie, welke zich thans op den linker vleugel vereenigd bevond en 20000 man sterker was dan de Fransche ruitery, zou ook nu nog de zegepraal aan de Verbondene Mogendheden bezorgd hebben, maar hy bleef achter.
De kolonnes van den Onderkoning en de volgende divisiën van Marmont verschenen, en Napoleon, zich in de onmiddellijke nabijheid van het beslissend punt bevindend, beheerschte het woeste slaggewoel, terwyi Wittgenstein in zyne verlegenheid niet wist wat hy doen moest. De Russische gardes en grenadiers en het korps van prins Fkgenius von Würtemberg werden niet eens in het vuur gebragt, — de kavailerie trok achterwaarts zonder iets te ondernemen, en Miloradomtsj, die zich met 12000 man te Zeitz bevond, werd niet eens opontboden. Daarentegen zond Napoleon op het juiste oogenblik zyne garde naar het slagveld, en deze ontrukte by het invallen der duisternis Kaja aan de Pruissen. Ook de aanval van den prins von Würtemberg op den regter vleugel mislukte, terwijl zelfs het oprukken van Blücher met 9 eskadrons, waarby Napoleon byna was gevangen genomen, tot geene gewenschte uitkomst leidde. Bij het naderen van den nacht verlieten de krygsbenden van beide partyen het veld met het doel om den volgenden morgen op nieuw tegen elkander op te trekken.
Inmiddels haalde Wittgenstein zyn Keizer en deze weder den Koning van Pruissen over, om voor de overmagt van Napoleon en wegens het verlies van Leipzig terug te trekken. De Verbondene Mogendheden hadden omstreeks 10000 man, waaronder 2000 Russen, verloren. De prins von NessenEomburg was gesneuveld en von Scharnhorst doodelijk gewond. Het verlies aan de zyde der Franschen bedroeg 12000 man en 5 generaals; doch door dezen slag waren zy wederom meester van Saksen en van de Elbe.
Gepubliceerd op 09-08-2018
Lützen
betekenis & definitie