Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 09-08-2018

Liman (1)

betekenis & definitie

Een liman noemt men, ter onderscheiding van delta-vorming en haf, eene eigenaardige, vaak tot een zeearm verruimde riviermonding, doorgaans door een aantal kleine eilanden van de zee afgesloten. Zulke riviermondingen vindt men vooral in het noorden en zuiden van Rusland, in Siberië en bij de Zwarte Zee en die van Azof, — bepaaldelijk bij de Don, Dnjepr en Boeg, bij de Onega, Dwina, Mesen, Petsjora, Ob, Jeniseï enz.; voorts ook bij de Newa, de Anadyr en de Amoer, terwijl men de delta-vorming aantreft bij de voornaamste rivieren der Middellandsche Zee, bij de Rijn, de Donau, de rivieren van de Caspische Zee en van het Aral-meer en bij eenige stroomen in het zuiden van Azië.

< >