Onder dezen naam vermelden wij:
Charles Malo François, graaf de Lameth, een Fransch generaal en staatsman. Hij werd geboren te Parijs den 5den October 1757 uit een oud geslacht, nam onder Rochambeau,deel aan den Noord-Amerikaanschen bevrijdingsoorlog en zag zich bij zijn terugkeer benoemd tot kolonel van een regiment kavallerie en door het Hof met gunstbewijzen overladen. Niettemin verklaarde hij zich in de StatenGeneraal, als afgevaardigde van den adel, een Ijverig voorstander van hervorming, en toen beraadslaagd werd over het „Roode boek”, waarin de geschenken uit de schatkist aan den adel waren opgeteekend, gaf hij 60000 francs terug, die door de Koningin aan de opvoeding van hem en zijn broeder waren besteed.
Na de vlugt van Lodewijk XVI drong hij in de Nationale Vergadering aan op eene hernieuwing van den eed, op de Constitutie afgelegd, maar kwam in verzet tegen de pogingen om den Koning van zijne waardigheid te berooven. Gedurende den veldtogt. van 1792 voerde hij als veldmaarschalk bevel over eene afdeeling kavallerie. Toen hjj na de gebeurtenissen van 10 Augustus zijne betrekking moest neerleggen, wilde hij zich met zijn gezin te Havre inschepen, maar werd op last van den minister Clavière te Rouen in hechtenis genomen en 27 dagen gestreng bewaakt. Daarna vertrok hij naar Hamburg, waar hij in 1795 met zijn broeder een handelshuis stichtte, dat groote voordeelen opleverde. In 1797 keerde hjj naar Frankrijk terug, maar de catastrophe van 18 Fructidor dwong hem nogmaals het land te verlaten. Eerst na den 18den Brumaire kon hij zich ongehinderd weder in zjjn vaderland vestigen.
Gedurende den veldtogt van 1809 zond Napoleon hem naar het leger in Duitschland en benoemde hem tot gouverneur van Würzburg, vanwaar hjj in 1812 naar Santona, aan de kust van Biscaye, vertrok. Op bevel van Lodewijk XVIII gaf hjj in 1814 deze plaats in handen van den koning van Spanje en werd kort daarna luitenant-generaal. Tegen het einde van 1827 werd hij lid van de Kamer van Afgevaardigden en verloochende aldaar geenszins de beginselen van 1789. Hjj overleed den 23sten December 1832.
Alexandre, graaf de Lameth, een broeder van den voorgaande. Hij werd geboren te Parijs den 28sten October 1760, nam desgelijks deel aan den Noord-Amerikaanschen Oorlog, zag zich bij zijn terugkeer belast met het kommando over een regiment artillerie, en vertegenwoordigde in 1789 den adel van Peronne in de Staten-Generaal. Ook hjj verbond zich met den derden stand en deed in de Nationale Vergadering het voorstel tot afschaffing van alle privilegiën, tot invoering der vrijheid van drukpers, tot opheffing der slavernij enz.
In de zitting van 15 Mei 1790 verdedigde hij met Barnave en zijn broeder het regt der Vergadering, om gemeenschappelijk met den Koning den oorlog te verklaren. Na de mislukte vlugt des Konings betoonde hjj eenige toenadering tot het Hof, maar zijne raadgevingen vonden geen ingang. Gedurende den veldtogt van 1792 diende hij als veldmaarschalk onder Luckner en daarna onder Lafayette. Na den 10den Augustus van verraad beschuldigd, vertrok hij met Lafayette naar Oostenrjjk en vergezelde dezen in zijne gevangenschap te Olmütz. Eerst na verloop van 3 jaren werd hij uitgewisseld.
Daarop ging hij naar Londen, maar werd er wegens zijne verbindtenis met de Whigs door Pitt verbannen. Met zjjn broeder bepaalde hjj zich nu te Hamburg bij den handel en keerde eerst na den 18den Brumaire naar Frankrijk terug, waar hjj in den gravenstand werd opgenomen en in onderscheidene departementen de betrekking van prefect bekleedde.
Na de eerste Restauratie benoemde Lodewijk XVIII hem tot luitenant-generaal en tot prefect van het departement Somme, en bjj den terugkeer van Napoleon aanvaardde hjj de waardigheid van pair, welke hjj echter na de tweede Restauratie verloor. Als afgevaardigde van het departement Seine-inférieure (1819) verdedigde hjj in de Kamer met kracht de constitutionéle vrijheden, en overleed te Parijs den 18den Maart 1829.
Théodore, graaf de Lameth, een broeder van den voorgaande. Hij werd geboren te Parijs den 24sten Junjj 1756, streed desgeljjks in Noord-Amerika en zag zich bjj zjjn terugkeer benoemd tot kolonel der kavallerie. In 1791 werd hjj lid van het Wetgevend Lichaam, waar hjj zich met ernst verzette tegen de gruwelen van September 1792. Vervolgens vertrok hjj naar Zwitserland en keerde eerst terug in de dagen van het Consulaat. In 1815 nam hij als afgevaardigde van het departement Somme zitting in de Kamer. Later bemoeide hjj zich weinig met openbare aangelegenheden, en overleed den 19den October 1854. _ _ Augustin Louis Charles, markies de Lameth, een broeder van den voorgaande. Hij werd geboren den 20sten Junij 1765, nam geen deel aan de Omwenteling, zag zich in 1805 afgevaardigd naar het Wetgevend Ligchaam, doch legde in 1810 zijn mandaat neder, en overleed den 20sten Januarij 1837.
