Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 08-08-2018

Kamp

betekenis & definitie

Kamp (Een) noemt men eene vereeniging van troepen of ook de plaats, waar zulk eene vereeniging geschiedt. Zulk een kamp dient in tijd van oorlog om eene groote troepenmassa van verschillende wapens op één punt te verzamelen, ten einde met vereende magt een vijandelijken aanval af te slaan, of zelf eene beslissende operatie tegen den vijand te wagen. Het wordt in vredestijd betrokken om de soldaten aan het leven in het open veld te gewennen en tevens krijgsbewegingen op groote schaal uit te voeren. Doorgaans wordt zoodanig kamp opgeslagen in een gunstig saizoen, zoodat de manschappen van het verblijf in tenten zoo min mogelijk nadeel ondervinden, — en dan op eene uitgebreide, onbebouwde vlakte, waar het terrein geene belemmeringen voor de manoeuvres oplevert.

Vermaard is in Frankrijk het kamp van Chalons. In ons Vaderland is de heide bij Gorssel, bij Zeist, bij Rijen enz. meermalen als kamp gebezigd. — Men heeft ook blijvende kampen op plaatsen, die voor de verdediging van groot belang zijn; zij worden met veldwerken versterkt en dragen den naam van geretrancheerde kampen. Zj worden inzonderheid aangelegd in de nabijheid van vestingen om er tot tijdelijke opneming van observatie- en dekkingstroepen te dienen.