Jungius (Johannes Henricus), een verdienstelijk regtsgeleerde, geboren te Osnabrück in 1715, studeerde eerst te Jena, daarna te Leiden en eindelijk te Göttingen en werd hier in 1746 secretaris der hoogeschool en redacteur der „Gelehrte Zeitung”. Nadat hij het volgende jaar belast was geweest met de opvoeding van den prins van Wallis te Londen, keerde hij in 1750 naar Nederland terug en zag zich geplaatst aan de Latijnsche school te Rotterdam, terwijl hij Gérard Meerman behulpzaam was in het rangschikken van zijne uitgebreide boekerij. Twaalf jaar later werd hij bibliothecaris te Hannover en historiograaf van het Brunswijk-Lüneburgsche Huis, en overleed den 14den April 1799. Van zijne geschriften noemen wij: „Tabula academica, exhibens urbes academiarum suarum celebritate et nomine inclytae (1736)”,— „De conditione medicorum apud veteres Romanos (1739)”, — „De jure Salinarum tum veteri turn hodiemo liber singularis (1743)”, — J. O. Westenbergü opera juridica (1746—1747, 2dln)”, enz.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk