Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 08-08-2018

Jungmann

betekenis & definitie

Jungmann (Joseph Jakob), een uitstekend beoefenaar der Slawische talen, werd geboren te Hudlitz in Bohemen den 16den Julij 1773, bezocht het gymnasium te Beraun en te Praag en studeerde in laatstgenoemde stad in de wijsbegeerte en regten, waarna hij eerst leeraar werd aan het gymnasium te Leitmeritz en daarna aan dat te Praag, waar men hem in 1834 tot prefect benoemde. Voorts bekleedde hij bij de universiteit in 1838 en 1839 de betrekking van deken der philosophische faculteit, en was in 1840 rector. In 1845 ontving hij het emeritaat en overleed te Praag den 14den November 1847.

Hij vertaalde „Attala” van Chateaubriand in het Boheemsch (1805), alsmede Milton's „Paradise lost (1811; 2de druk 1842)”. In zijne „Gezamenlijke werken (1841)” bevinden zich vertalingen van gedichten van Burger en Schiller in het Boheemsch. Voorts leverde hij eene Boheemsche chrestomathie, getiteld: „Slowesnost (1820 ; 2de druk 1845)”, — eene „Geschichte der böhmischen Sprache und Literator (1825; 2de druk 1848)”, — en een uitmuntend Boheemsch-Duitsch woordenboek, getiteld: „Slownik Cesko-Nemecky (1835—1839, 5 dln)”.

< >