Iddekinghe is de naam van een aanzienlijk Groningsch geslacht.
Van de leden noemen wij:
Pieter Rembt van Iddekinghe, een zoon van Rembt van Iddekinghe, burgemeester van Groningen. Hij werd geboren in 1683, zag zich in 1719 gekozen tot lid van den raad zijner geboortestad, in 1739 tot burgemeester en was in belangrijke commissiën te ’s Hage werkzaam. Gedurende de onlusten van 1747 en 1748 ondervond hij, als een warm vriend van den prins van Oranje, in ruime mate de toegenegenheid van het volk. Door zijne standvastigheid en onverschrokkenheid wist hij het oproer tot bedaren te brengen, en toen de volmagten, in 1749 aangesteld, de afzetting der meeste regenten in Groningen verlangden, deed hij in de staatsvergadering het merkwaardige voorstel, om alle ambten neder te leggen en ter beschikking van den Stadhouder te stellen. Hij werd echter later herkozen en bekleedde zijne betrekking tot aan zijn dood op den 6 den Julij 1758. Tevens was hij luitenant-houtvester en curator der hoogeschool.
Anton Adriaan van Iddekinghe, een zoon van den voorgaande.
Hij werd geboren in 1711, en na het bekleeden van onderscheidene belangrijke waardigheden zag ook hij zich tot burgemeester van zijne geboorteplaats aangesteld. Voorts belastte men hem met gewigtige zendingen naar prins Willem IV, terwijl later de Princes-gouvernante aan hem en anderen de zorg opdroeg voor de opvoeding van haren minderjarigen zoon Willem V. In 1765 afgevaardigd naar de Staten-Generaal, bekleedde hij er in 1782 het voorzitterschap, en overleed den 28sten Februarij 1789. Ook hij was curator der hoogeschool.