Hazelworm (Anguis fragilis) is de naam van een tweeslachtig dier van de orde der Saurii of Hagedissen, die gedurende hun geheele leven door longen ademen. De gewone hagedissen, van welke de krokodillen de grootste soort vormen, hebben 4 pooten, doch er zijn er ook met 2 en zelfs zonder pooten of met onvolmaakt ontwikkelde achterpooten. De hazelworm is een slangvormig diertje, door onkundigen veelal voor eene slang gehouden en door de gelijkmatige dikte van zijn ligchaam tevens op een worm gelijkende.
Meer bepaald behoort hij tot de familie der Skinkachtige Hagedissen en wél tot de van oogleden voorziene onderafdeeling. Deze dieren onderscheiden zich door een bekleedsel van dakpanvormig geplaatste schubben en door een kop, die weinig dikker dan de hals en met schubben bedekt is, alsmede door eene platte, van voren ingesnedene tong.
De hazelworm bevindt zich in de warme en gematigde streken van Europa, voorts in Algérië en in liet Zuiden van Siberië, —ook in ons Vaderland. Hij heeft eene lengte van 3 tot 5 Ned. palm, van welke zijn staart de helft beslaat, zeer gladde schubben, en van boven een roodachtig bruine, van onder eene blaauwachtige kleur en een zilverachtigen metaalglans. De jonge dieren hebben langs de zijden donkerbruine strepen. Het is een onschuldig en onschadelijk diertje, met te kleinen bek om te bijten en met kleine, kromme tanden. Onder wortels van heesters zoekt het eene schuilplaats en brengt aldaar den winter door. Het voedt zich met allerlei soort van wormen en insecten en kan maanden lang vasten. Het wijfje werpt jaarlijks tegelijk 10 of 12 jongen.
