Hasdrubal is de naam van onderscheidene Carthaagsche veldheeren. Eén van hen, de schoonzoon van Hamilcar Barcas, heeft de magt der Carthagers in Spanje aanmerkelijk uitgebreid, een verdrag met de Romeinen gesloten, waarin de Ebro werd aangewezen als grens der Carthaagsche bezittingen aldaar, en werd in 221 door een Galliër vermoord. — Hasdrubal, de zoon van Hamilcar en de broeder van Hannibal, voerde in Spanje oorlog tegen Publius en Gnejus Cornelius Scipio, en deze verhinderden hem door hunne zegepraal bij Ibéra, zijn broeder naar Italië te volgen. Nadat hij in 213 vóór Chr. tegen Syphax in Afrika gevochten had, keerde hij in 212 naar Spanje terug, overwon er achtervolgens bovengenoemde 2 Romeinsche veldheeren, zoodat na hun sneuvelen Lucius Marcius ter naauwernood de overblijfselen van het Romeinsche leger kon redden, maar werd in 209 bij Baecula overwonnen door Publius Cornelius Scipio (den zoon van Publius), die later den naam van Africanus verwierf. Niettemin kon Hasdrubal zijn togt naar Italië voortzetten, zoodat hij Umbrië bereikte.
Doch voordat hij zich met zijn broeder Hannibal vereenigen kon, werd hij in 207 door Gajus Claudius Nero en Marcus Livius Salinator bij Sena (Sinigaglia) aan de Metaurus geslagen. Het grootste gedeelte van zijn leger, en ook hij zelf, sneuvelde in dien strijd. — Een derde Hasdrubal, een zoon van Gisgo, was in den Tweeden Punischen oorlog in Spanje en Afrika de aanvoerder van het Carthaags leger en werd in 207 met Mago door Publius Cornelius Scipio bij Baecula geslagen en op de vlucht gedreven naar Gades. Hij was oorzaak. dat Masinissa de zijde der Romeinen koos, omdat hij zijne aan dien Vorst toegezegde dochter aan Syphax ten huwelijk gaf. Toen Scipio in Afrika geland was, bragten Hasdrubal en Syphax in 203 hem niet weinig in de engte, doch hij overwon hen tot 2-maal toe. Toch was het volk tegen Hasdrubal opgehitst, en om aan de woede van het graauw te ontkomen, maakte hij door vergif een einde aan zijn leven. — Eindelijk vermelden wij nog een Hasdrubal, die in den oorlog, waartoe Masinissa in 151 de Carthagers noodzaakte, tegen dezen niet voorspoedig oorloogde, maar in den Derden Punischen Oorlog den Romeinschen consul Manilius in 149 tot 2-maal toe overwon, den jongeren Publius Cornelius Scipio, toen deze in 146 en 147 Carthago belegerde, een hardnekkigen tegenstand bood, en zelfs, toen de stad ingenomen was, naar den burgt en eindelijk met vrouw en kinderen en 900 overloopers, aan wie vergiffenis geweigerd was, in den tempel van Aesculapius terugtrok. Toen hij ook hier aangevallen werd, beving hem de vrees, zoodat hij zich heimelijk naar Scipio begaf. Haren echtgenoot vloekend, vermoordde zijne gade hare kinderen voor zijne oogen en stortte zich daarna met de overigen in de vlammen van den door hen in brand gestoken tempel. Hasdrubal overleed als gevangene in Italië.
