Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 07-08-2018

Goed

betekenis & definitie

Goed noemt men uit een wijsgeerig oogpunt alles wat, tot een bepaald doel gebezigd, de gewenschte werking heeft. Immers de waarde der dingen is afhankelijk van hunne doelmatigheid Het hoogste doel, door de rede als zoodanig erkend, is het onderwerp der zedeleer. Al wat geschikt is, om dit doel te bereiken, bestempelen wij met den naam van goed, — en al wat wij geschikt achten om oogmerken van minder groot belang te bereiken, heeten wij betrekkelijk goed. Immers rijkdom, beschaving, voorspoed kunnen evenzeer tot het bereiken van slechte als van goede doeleinden worden aangewend.

Het bepalen van het hoogste goed (summum bonum) was de hoofdzaak van de zedeleer der Ouden. Sommigen, zooals de wijsgeeren uit de school van Epicurus en vele sophisten, hielden aardsch genot voor het hoogste goed, — anderen, zooals Sócrates, Plato en Aristóteles, zochten het in eene innige vereeniging van deugd en geluk. Voor laatstgenoemde was het begrip van het hoogste goed gelijkvormig aan dat van de godheid, omdat in deze de verhevenste rede, de meest-volkomene zedelijke werkzaamheid en de hoogste gelukzaligheid vereenigd zijn, — eene voorstelling, die wij desgelijks opmerken in de wijsbegeerte van Kant.