Glidkruid (Scutellaria L.) is de naam van een plantengeslacht uit de familie der Lipbloemigen. Het onderscheidt zich door een korten kelk en 2 gave lippen met een bovenop liggend holrond schubje. De bloemkroonbuis is langer en aan den voet gebogen, en de zoom mondvormig, — voorts de bovenlip zamengedrukt, gewelfd, met 2 tandjes aan den voet, en de bovenlip breeder en uitgerand.
De vruchten zijn door den kelk omsloten. In ons vaderland groeit gemeen glidkruid (S. galericulata L.) met kort-lancetvormige, gekartelde bladeren en gepaarde, okselstandige bloemen met eene blaauwe of paarsche bloemkroon, welke 3- of 4-maaI zoo groot is als de kelk, — klein glidkruid (S. minor L.) met hartvormig-eironde, gaafrandige bladeren en gepaarde, okselstandige bloemen, — en spiesbladig glidkruid (G. hastifolia L.) met smal-spiesvormige bladeren. Eenige buitenlandsche soorten, zooals S. macrantha Fisch., S. japonica Decaisne, S. coccinea Vent., S. splendens Link, worden in onze streken als sierplanten aangekweekt.
