Étapen, bij ons ten onregte étappes geheeten, in het Fransch étapes, noemt men op het gebied der krijgskunst plaatsen, die achter een voortrukkend leger liggen en dienen moeten, om de gemeenschap van dat leger met de basis van operatie te onderhouden.
In Pruissen bleek de regeling der étapen in 1866 groote leemten en gebreken te bezitten, zoodat het bewind haar naar het eindigen van den oorlog op eene grondige wijze deed herzien. Het nieuwe reglement is in den oorlog van 1870 en 1871 in werking getreden en heeft volkomen aan de goede verwachtingen beantwoord. Volgens dat reglement voerde men bij elk armeecorps eene algemeene étapen-inspectie in met een generaal aan het hoofd, en daaraan waren de étapen-inspectiën der afzonderlijke corpsen onderworpen: deze laatsten werden bestuurd door étapen-commandanten, die òf voor de spoorwegen òf voor de gewone wegen hadden te zorgen.
Iedere étapen-inspectie was belast met eene bepaalde lijn met een vast beginpunt, gewoonlijk de hoofdstad eener provincie, en met een veranderlijk eindpunt, namelijk het voortrukkend leger. Tot het personeel eener étape behoorden een chef, uit den generalen staf, 3 adjudanten, een artillerie-, genie- en gensdarmerie-officier, een officier van gezondheid, een auditeur, benevens een spoorweg-, post- en telegraaf-directeur, —voorts een veld-spoorweg-telegraaf-afdeeling, eene lazareth-directie, eene commissie voor het ziekentransport, een lazareth-reservedepôt met het noodige lazareth-reservepersoneel en eindelijk eene afdeeling veldgensdarmerie.
De algemeene étapen-inspectiën zijn niet alleen bestemd, om de vermelde verbindingslijnen te onderhouden zonder dat deze de bewegingen van het leger belemmeren, maar ook om het bestuur op zich te nemen der veroverde gewesten, waartoe zij over de hiertoe gevorderde krijgsmagt moeten kunnen beschikken.
Men heeft étapenkaarten, die ten dienste van het leger zijn ingerigt, en men vindt ook wel gewag gemaakt van étapen-conventies, namelijk zoodanige overeenkomsten, waarbij de doortogt van troepen wordt toegestaan en de verpleging daarvan tegen billijke schadeloosstelling geregeld.