Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 07-08-2018

Este

betekenis & definitie

Este is de naam van een oud en beroemd Italiaansch vorstenhuis, verdeeld in het eerste en het latere. Het eerste begint met Azzo, die door koningin Adelheid, later de gemalin van Otto de Groote, uit zijne gevangenis aan het Garda-meer gered en naar zijn kasteel Canossa bij Reggio gebragt werd. Het latere neemt een aanvang met Oberto II (een zoon van Oberto I), wiens kleinzoon Azzo II door keizer Hendrik III met Rovigo, Casal-maggiore, Pontremoli en een aantal andere kleine Italiaansche heerlijkheden beleend werd.

Door de zonen van Azzo, namelijk Welf IV en Fulco I, verdeelde zich het huis in 2 hoofdIijnen. Welf werd met Beijeren beleend, en van hem zijn de vorstelijke geslachten van Brunswijk en Hannover afkomstig. Fulco I, van wien de hertogen van Módena en Ferrara afstamden overleed in 1135. Gedurende de 12de, 13de en 14de eeuw is de geschiedenis der markgraven van Este, als opperhoofden der Guelfen, met die der kleine staten van Opper-Italië verbonden; zij verkregen eerst Ferrara, en daarna Módena en Reggio.

Tevens onderscheidde zich het huis Este door bevordering der kunst en wetenschap gedurende den bloeitijd der Italiaansche letterkunde. Dit kan reeds verzekerd worden van Nicolaas II, overleden in 1338, maar nog meer van Nicolaas III, die in 1441 stierf. Deze herstelde de universiteit te Ferrara, riep kunstenaars en geleerden aan zijn Hof, en liet zijne liefde tot de wetenschap achter aan zijne zonen Lionel en Borso.

Vooral eerstgenoemde onderscheidde zich door zijne uitgebreide kennis en door zijne welsprekendheid; terwijl laatstgenoemde, die daarenboven landbouw en nijverheid bevorderde, van keizer Frederik III in 1452 den titel verkreeg van hertog van Módena en Reggio, waarbij paus Pius II het hertogdom Ferrara voegde.

Dezelfde weg werd bewandeld door Hercules I (♰ 1505), die in weerwil van de ongunstige omstandigheden des tijds met hulp van zijn minister Bojardo, graaf van Scandiano, zijn Hof tot het vereenigingspunt verhief der meestberoemde geleerden. Zijn zoon Alfonsus I (♰ 1535) werd als veldheer en staatsman geroemd. Zijne tweede gemalin was Lucrecia Borgia, en zijn broeder de cardinaal Hippolytus, die uit naijver zijn onwettigen broeder Julius van het licht der oogen deed berooven.

Alfonsus moest in zijn oorlog tegen de Pausen vele wederwaardigheden ondervinden. Zijn opvolger Hercules II (♰ 1559), gehuwd met Renata, eene dochter van Lodewijk XII, koning van Frankrijk, verbond zich met Karel V. Zoowel hij als zijn broeder, de cardinaal Hippolytus de Jongere, bevorderden kunsten en wetenschappen, en laatstgenoemde bouwde de prachtige Villa d’Este te Tivoli.

Alfonsus II had niet voor hem behoeven onder te doen, zoo hij niet, door eerzucht gedreven, kostbare pogingen had gewaagd, om de kroon van Polen te verwerven, — zoo hij den dichter Tasso niet gedurende 7 jaar in den kerker had laten smachten. Tot 3-maal toe trad hij in het huwelijk, doch bleef kinderloos, zoodat hij zijn neef Caesar (♰ 1628), den zoon van een onwettigen zoon van Alfonsus I, tot opvolger koos. De Keizer bevestigde dezen in de heerschappij over Módena en Reggio, doch de Paus onthield hem Ferrara. Zijn zoon Alfonsus III ging na den dood van zijne gemalin Isabella van Savoye in een klooster in Tyrol.

Op hem volgde eene reeks van vorsten, van welke niets belangrijks is te melden. Tot hen behoorde Rinaldo (♰ 1737), die door zijn huwelijk met Charlotte Felicitas van Brunswijk, de dochter van den hertog van Hannover, de beide lijnen van het Huis weder vereenigde, alsmede Frans III, aan wiens Hof Muratori en Tiraboschi vertoefden. Zijn zoon Hercules Rinaldo III verkreeg wel is waar door zijn huwelijk de vorstendommen Massa en Carrara, doch moest bij de nadering van het Fransche leger de wijk nemen naar Venetië en verloor door den Vrede van Campo-Formio (1797) de landen Módena en Reggio. Met hem is in 1797 de mannelijke lijn van het Huis Este uitgestorven.

Zijne eenige dochter Maria Beatrix Ricarda was gehuwd met Ferdinand, den derden zoon van den Duitschen keizer Frans I, die aanvankelijk als schadeloosstelling voor Módena het hertogdom Breisgau verkreeg en in 1806 overleed. Beider oudste zoon Frans IV kwam door de opheffing van het Koningrijk Italië in 1814 en 1815 in het bezit van het hertogdom Módena en na den dood zijner moeder in 1829 ook in dat van de hertogdommen Massa en Carrara.

Den 21sten Januarij 1846 werd hij opgevolgd door zijn zoon Frans V, die tengevolge der omwentelingen van 1859 zijne staten verliet.

< >