Copland

betekenis & definitie

Copland (James), een uitstekend Engelsch geneesheer en schrijver, werd geboren te Deerness op de Orcadische eilanden in 1792, studeerde te Edinburg eerst in de letteren en wijsbegeerte, daarna in de geneeskunde, begaf zich in 1815 naar Frankrijk en Duitschland en in 1817 zelfs naar Afrika, om er zijne geneeskundige kennis te verrijken, en vestigde zich in 1818 te Londen, waar hij in 1820 lid werd van het Royal College of Physicians. In 1822 werd hij redacteur van het „London Medical Repository”, en schreef voorts „Outlines of pathology and practical medicine(1822)”, — en „Elements of Physiology (naar Richerand, 1824)”. Zijn hoofdwerk is „Dictionary of practical medicine (1833—1858, 4 dln)”, dat in Amerika nagedrukt en in het Duitsch vertaald werd. Voorts heeft men van hem „On pestilential cholera (1832)”, — „On consumption and bronchitis (1861)”, enz.