Cheops, koning van Memphis (1182-1132 vóór Chr.), die door Heródotus wordt voorgesteld als een schandelijke verdrukker des volks, is degene, die 4 geogr. mijlen van Memphis de grootste der thans nog bestaande 40 pyramiden heeft doen verrijzen.
Omstreeks 100.000 menschen, die elk vierendeeljaar door een dergelijk aantal werden afgelost, hebben 10 jaar lang gewerkt aan het losbreken en vervoeren der steenen, aan het bouwen der onderaardsche vertrekken en aan het graven van een kanaal derwaarts, en daarna hebben 300.000 menschen gedurende 20 jaar gearbeid aan het optrekken der pyramide zelve, die na hare voltooijing met graniet en marmer werd bekleed. Zie voorts onder Pyramiden.