Cantemir (Demetrius), prins van Moldavië, van Tartaarsche afkomst, werd geboren te Jassy in 1673, was eerst in dienst van de Porte, doch later in die van czaar Peter de Groote, die hem tot Russisch rijksvorst verhief en met uitgestrekte goederen in de Ukraine begiftigde. Cantemir, die veel heeft bijgedragen tot de stichting der Academie te Petersburg, schreef onderscheidene wetenschappelijke werken, waaronder zich eene belangrijke „Geschiedenis van het Ottomannische rijk” bevindt. Hij overleed in 1725. — Zijn jongste zoon Constantijn Demetrius Cantemir, geboren te Constantinopel in 1709, was officier bij de Russische lijfwacht en gezant aan de hoven van Engeland en Frankrjjk.
Hij overleed te Parijs in 1744 en heeft, behalve andere letterkundige werken, een heldendicht geschreven, waarvan Peter de Groote het onderwerp is. Dat heldendicht is ook in het Nederlandsch vertaald.