Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 02-07-2018

Cantelmi

betekenis & definitie

Cantelmi is de naam van een aanzienlijk Napolitaansch vorstenhuis, hetwelk, naar men verhaalt, door Eberhard, den jongsten zoon van den Schotschen koning Duncan I is gesticht. Men meldt verder, dat die stichter wegens zijne loosheid den bijnaam van Canclam (Guiscard) of Slimmert heeft ontvangen, — dat hij voor den moordenaar Macbeth de wijk genomen naar Normandië en, na het volbrengen van een kruistogt, zich in Provence gevestigd heeft. Zijn zoon noemde zich naar den vaderlijken bijnaam Cantelmus, en zijn kleinzoon Rostaing voerde dien als geslachtsnaam. Het Huis nam toe in grootheid door de dapperheid van zijne leden en door huwelijken, zoodat de baronie Bovino tot een graafschap verheven werd.

Beroemd onder de afstammelingen van dat geslacht is vooral Andrea Cantelmi, die in 1598 te Pettorano geboren werd en in 1631 als maèstro di campo aan het hoofd stond van een regiment Napolitanen in de Nederlanden. Daarna hielp hij Spiers veroveren, Frankenthal ontzetten, verdedigde in 1634 Stevensweerd tegen de Nederlanders, dekte het land van Cleef, verdedigde in het volgende jaar Schenkenschans 8 maanden lang tegen prins Frederik Hendrik en noodzaakte laatstgenoemde en de Franschen, om het beleg van Leuven op te breken. Vervolgens werd hij tot gouverneur der provincie Luxemburg benoemd en moest, om dien post te bekleeden, eerst 12000 man Franschen onder den maarschalk Chatillon daaruit verjagen. In 1638 verdreef hij de Nederlanders uit eenige forten aan de Schelde en maakte daarbij 2000 gevangenen. In 1640 zag hij zich tot maèstro di campo generale en in 1641 tot lid van den regeringsraad in de Nederlanden benoemd, waarna hij in 1643 een inval deed in Vlaanderen en Picardië en in 1644, naar Spanje teruggeroepen, onderkoning en kapitein-generaal van Catalonië werd. In die betrekking noodzaakte hij den Franschen maarschalk de la Mothe, om het beleg van Tarragona op te breken, veroverde stormenderhand Balaguer en verdedigde deze plaats 4 maanden tegen Fransche keurtroepen. Toen dit niet langer was vol te houden, bragt hij zijn klein hoopje dapperen door de vijandelijke liniën heen in veiligheid. Al die inspanningen, benevens verdriet over het gebrek aan de noodige munitie maakte hem echter ziek, en hij overleed te Alcuvières op den 6den November 1645, eenige handschriften over krijgswetenschap achterlatende.

< >