Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 19-03-2018

Botzaris (Markos)

betekenis & definitie

Botzaris of Bozzaris, één der dapperste helden uit den laatsten Griekschen vrijheidsoorlog, werd geboren in 1791 te Soeli, vlugtte na den dood zijns vaders naar de Ioni­sche eilanden, trad er in Fransche dienst, maar keerde terug, toen de Turken troepen afzon­den tegen Ali.

Weldra stond hij met zijne Soelioten tegenover een Turksch leger, en bij het dreigend gevaar sloot hij een verbond met zijn vijand Ali. Laatstgenoemde moest ech­ter het onderspit delven; maar nu barstte ook de Grieksche vrijheidsoorlog los, en hoewel Botzaris toen nog niet in de gelederen der overige Grieken streed, verhoogden de sla­gen, die hij bij Gratsana, Dramessos, Placa, Variades en Bassena aan de Turken en Albanézen toebragt, niet weinig den moed des volks. In het begin van 1822 vervoegde hij zich te Corinthe bij de aanvoerders van den opstand, en zijn raad, om den oorlog buiten de grenzen van het ontwaakte Griekenland voort te zetten, werd goedgekeurd. De togt van Maurocordatos naar Epirus was het ge­volg van dit besluit, en de ongelukkige slag van Peta (16 Julij 1822) het einde van deze onderneming.

De volgende dappere daad van Botzaris was de redding van Missolonghi. Geruimen tijd verdedigde hij deze stad met eenige honderden Soelioten tegen 12000 Turken, terwijl het hem daarna gelukte, door onderhandelingen zooveel tijd te winnen, dat hij nog 17000 man benevens eenig geschut in de vesting kon brengen. De Turken bestormden haar in den nacht van den 5den op den 6den Januarij 1823 en leden eene geweldige nederlaag. In April daaraanvol­gende benoemde de Grieksche Nationale Ver­gadering hem tot generaal en chef in Aeolië, terwijl Kolokotroni het bevel voerde in den Peloponnésus. Botzaris opende den veldtogt in Mei, en reeds den 15den viel Lepanto in zijne magt.

Toen talrijke Turksche benden aanrukten en de moed der Grieken begon te verflaauwen, liet hij Anatoliko en Missolon­ghi ijlings versterken en trok met 2500 man een leger van 12000 Turken onder Omar Vrione en Joessoef Pasja te gemoet. Met behendigheid wierp hij de afzonderlijke afdeelingen van den vijand terug, totdat Moestaphapasja van Skoetari met hulptroepen verscheen, die de magt der Turken verdubbelden. Nadat Botzaris de beide eerstgenoemde aanvoerders gescheiden en geslagen had, vond hij dezen laatste den 19den Augustus bij Karpenisi. In den hierop volgenden nacht drong Bot­zaris met 250 man in alle stilte door in het Turksche leger, waar hij zelf den Pasja en diens neef deed sneven en een vreeselijk bloedbad aanrigtte,‘ terwijl de overige Grieken tegelijkertijd het kamp aanvielen. Die dappere daad kostte echter aan Botzaris het leven.

Honderd soldaten bragten zijn lijk naar Mis­solonghi, waar het te midden der behaalde zegeteekenen begraven werd. —Zijn broeder Konstantijn wreekte den dood van dezen held. In het jaar 1826 behoorde hij in Mis­solonghi tot de 1000 oorlogsmannen, die zich een weg baanden door de gelederen van den vijand. — Hun oom Noti Botzaris streed met de Soelioten tot verdediging van Soeli, en toen deze vest bezweken was, wierp hij zich in het klooster Vetenitza, waar hij zich dapper verdedigde, totdat de honger hem noodzaakte, om zich door den belege­renden vijand heen te slaan. Slechts 10 man­nen bereikten levend dit doel, en Botzaris viel in handen der Turken. Later in vrijheid gesteld, diende hij als majoor bij het Fran­sche regiment, waarbij zich zijn neef Markos bevond en strekte dezen vervolgens tot een trouwen raadgever. Hij behoorde desgelijks tot de 1000, die uit Missolonghi ontkwamen en overleed in 1831. — Dimitri Botzaris, de eenige zoon van Markos, werd in 1859 be­last met de portefeuille van Oorlog in het Grieksche Kabinet, en overleed in Septem­ber 1871.

< >