Binuë of Benoeë is de naam eener zijrivier van de Niger. Zij ontspringt in het binnenland van Afrika, waarschijnlijk niet ver van den evenaar, loopt van het zuiden naar het noorden door het landschap Adamaoea, neemt bij Gewe de Mayo-Kebbi in zich op en vereenigt zich vervolgens met de waterrijke Faro. Deze is hier 900 en de Binuë 1200 schreden breed.
Na het doorloopen van Adamaoea wendt de rivier zich westwaarts en vormt de grenzen van Socoto, stroomt door een breed dal en valt met den naam van Baki-n-roea (Zwartewater) op 7°46' N. B. in de Niger.
Zij is in 1851 door Barth en in 1854 door Eduard Vogel ontdekt en aanvankelijk ten onregte de Tsjadda genoemd. Baikie is de eerste, die haar in 1854 en in 1857 en 1858 met een stoomschip tot digt bij de grenzen van Adamaoea heeft bevaren. Haar oorsprong ligt 37 Ned. el boven de oppervlakte der zee, en men schat hare lengte op 160 geogr. mijlen. Daar zij door vruchtbare landen vloeit, zal zij ongetwijfeld voor het vervoer van suiker, katoen enz. van groot belang worden.