Apianus (Peter), eigenlijk Bienewitz of Bennewitz genaamd, was beroemd als wis-, aardrijks- en sterrekundige, als teekenaar van plannen en als verzamelaar van opschriften. Hij werd geboren in het jaar 1495 in Saksen, studeerde te Leipzig, werd in 1524 hoogleeraar in de wiskunde te Ingolstadt en overleed hier ter plaatse in 1552, nadat hij door Karel V in 1541 tot den adelstand verheven was. Wij bezitten van hem eene “Cosmographia”, die in onderscheidene talen is overgezet, een “Astronomicum Caesareum”, “Inscriptiones sacrosanctae vetustatis” enz. Ook was hij de uitvinder van onderscheidene mathematische instrumenten en de vervaardiger van vele landkaarten.
Philip Apianus, een zoon van den voorgaande, was desgelijks een ervaren aardrijkskundige. Hij aanschouwde in 1531 te Ingolstadt het levenslicht en werd in 1552 de opvolger van zijn vader in het hoogleeraarsambt. Als een ijverige volgeling van Luther zag hij zich in 1568 gedwongen, zijne geboortestad te verlaten. Eerst begaf hij zich naar Weenen en vervolgens naar Tübingen, waar hij in 1589 als hoogleeraar in de wiskunde overleed. Zijn voornaamste geschrift is getiteld “Bayerische Landtafeln”. Hertog Albert, gaf hem hiervoor een geschenk van 2500 ducaten en eene jaarwedde.