Andocides een Attisch redenaar, een zoon van Leogoras van Athene, werd in 468 vóór Chr. geboren. Hjj behoorde tot de aristocratische partij in zijne vaderstad en verkreeg in 436 het bevel over 20 schepen, om de inwoners van Corcyra tegen de Corinthiërs bij te staan. Later werd hij, even als Alcibiades, beschuldigd, dat hij de zuilen van Hermes (Mercurius) omgeworpen en de geheimenissen van Demeter (Ceres) ontheiligd had. Wel werd hij in de gevangenis geworpen, maar hij bevrijdde zich daaruit door 5 andere burgers en hieronder zijn eigen vader als de daders aan te wijzen. Zij werden, met uitzondering van Leogoras, onthoofd, maar Andocides kon zich van de verdenking dier overtreding niet zuiveren, zoodat hij Athene verlaten moest.
Hij ontvlood naar Elis, maar keerde terug, toen zijne vaderstad door Thrasybulus van de 30 tyrannen was verlost. Zijne pogingen om de volksgunst te verwerven baatten hem weinig, want hij werd nogmaals wegens dat vroegere misdrijf aangeklaagd. Wel wist hij door zijne welsprekendheid aan een veroordeelend vonnis te ontkomen, maar toen hij in 394 bjj eene onderhandeling met de Lacedaemoniërs over den vrede geen kans zag, om aan de wenschen zijner stadgenooten te beantwoorden, durfde hij niet naar Athene terugkeeren en stierf in vrijwillige ballingschap. Eenige belangrijke redevoeringen van Andoeides zijn tot ons gekomen en meermalen uitgegeven.
