Gepubliceerd op 01-11-2017

trek

betekenis & definitie

trek - Zelfstandignaamwoord
1. iets dat iemand karakteriseert
Dat is echt een trekje van die familie
2. (biologie) de reis die een soort afhankelijk van de seizoenen aflegt (migratie, trektocht)
De trek is nog niet begonnen.
3. verlangen naar eten
4. tocht, luchtstroom

trek - Werkwoord
1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van trekken
♢ Ik trek
2. gebiedende wijs van trekken
trek!
3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van trekken
trek je?

Synoniemen
[3] honger, eetlust, appetijt

Verwante begrippen
[1] gelaatstrek, karaktertrek, tic, zenuwtrek