Wat is dat? Encyclopedie voor jongeren

P.J.F.H. van de Rivière, R. de Ruyter-van der Feer (1928, 1930 en 1938)

Gepubliceerd op 09-08-2019

Instinct

betekenis & definitie

Je hebt natuurlijk allemaal wel eens horen spreken over het instinct van dieren, maar ’t is nu niet zo erg gemakkelijk, om een volledige omschrijving te geven van wat dit instinct eigenlijk is.

Wanneer we zeggen, dat instinct natuurdrift is, dan komen we al een heel eind. In alle dieren en ook in den mens leven krachten, die met het verstand of het denkvermogen niets te maken hebben en die toch beweegredenen zijn, om bepaalde dingen te doen. Tweeërlei soort instinct hebben alle levende wezens gemeen: het instinct om in het leven te blijven en dus te eten en te drinken èn het instinct om de soort in stand te houden en dus zich voort te planten. Met deze twee hoofdsoorten hangen allerlei instinctieve handelingen samen.
Een tijger gaat op jacht, hij sluipt ’s avonds door de dichte oerwouden, tot hij een hert ziet, dat in de schemering aan een moeras drinkt. Hij sluipt naderbij, bespringt zijn prooi, verscheurt hem en sleept het vlees naar zijn hol, waar zijn jongen wachten op voedsel.
Heeft de tijger verstand? Heeft hij gedacht en tot zijn vrouw gezegd: „vanavond ga ik eens kijken, of ik een hertje kan verschalken voor onze babies?” Denk nu eens aan een spin, die haar web maakt. Kunstig spint zij draadje voor draadje en vlecht de draadjes dooreen tot een kunstwerk, dat we haar moeilijk kunnen namaken.
Denk nu eens aan het leven der bijen en mieren met hun hele huishouding, denk aan de wondermooie en doelmatige nestjes van vele vogels en aan wat we b.v. in ons aquarium-artikel vertelden over het „verstandig” gedrag van het stekelbaarsvadertje: hoe hij het aanlegt, om zijn vrouwtje te dwingen om eitjes te leggen.
Dit alles lijkt erg ingewikkeld en verstandig en toch berust het zuiver op instinct.
Wel hebben sommige geleerden trachten aan te tonen, dat dit instinct bij de dieren zich in den loop der tijden ontwikkelt en bij de omstandigheden aanpast. Men heeft opgemerkt, dat b.v. een vogelpaar, dat in een bos een bepaald soort nest bouwde, later, toen het naar een wei was overgebracht, een ander nest ging maken en dat dit andere nest langzamerhand door al hun nakomelingen werd overgenomen. Maar evenzeer is het waar, dat de vogels zich van deze verandering niet bewust schijnen te zijn, dat er dus van overleg, verstand, rede of hoe men 't noemen wil, geen sprake is.
Wel werkt het instinct meermalen zó fijn en doelmatig, dat we geneigd zouden zijn aan verstand te denken en wanneer we hierbij eens stilstaan, moeten we wel grote bewondering voelen voor de schepping, waarin die instinctieve krachten zo onfeilbaar werken, eigenlijk buiten het begrip der dieren om.
Nu moet je echter niet denken, dat het instinct alleen maar iets van de dieren is. In ons zelf is ook instinctief leven, dat in ’t gewone dagelijkse leven door het verstand, waarmee we alles beheersen — of tenminste menen te beheersen —, op den achtergrond is gedrongen, doch soms plotseling tot uiting komt. We houden onze hand te dicht bij de kachel en instinctief trekken we haar onmiddellijk terug; we hebben koorts en instinctief grijpen we naar water; de Eskimo drinkt grote hoeveelheden traan, omdat hij instinctief voelt, dat dit in de koude Poolstreken goed voor zijn gestel is. Dit zijn allemaal onberedeneerde dingen, uitingen van het instinct tot zelfbehoud. Ook het ballen van de vuist in woede, het knarsen op de tanden; we doen het, voor we ’t weten, maar ik heb wel eens een geleerden professor horen vertellen, dat het vuisten ballen — een begin van het vechten — en het knarsetanden — een begin van het bijten — instinctieve handelingen zijn uit den tijd, toen de mens in het wild rondliep en zich met zijn handen en mond tegen zijn vijanden moest verdedigen. Het kan zijn. Maar in elk geval doen we dat nu „beschaafder”, óók met onzen mond en onze handen, n.l. door spreken en schrijven, doch soms wel zó, dat een stomp of beet minder pijn zou doen!
Ook in onzen omgang met mensen is veel instinctmatigs. Waarom houd je van den enen mens en heb je een hekel aan den anderen? Natuurlijk geef je onmiddellijk allerlei redenen op voor instinctieve sympathie en instinctieven afkeer. Maar er blijft altijd iets in, dat niet te verklaren is en dat is wel in ’t bizonder ’t geval bij de min of meer geheimzinnige aantrekkingskracht tussen een bepaalden man en een bepaalde vrouw, waarover men zich in het dagelijks leven zo dikwijls pleegt te verbazen.
Dat dit onverklaarbare helemaal alleen „instinct” zou zijn, is natuurlijk niet juist. Maar iets instinctiefs is er toch zeker in te vinden.