Wat is dat? Encyclopedie voor jongeren

P.J.F.H. van de Rivière, R. de Ruyter-van der Feer (1928, 1930 en 1938)

Gepubliceerd op 09-08-2019

Antithese

betekenis & definitie

Een vreemd woord dat tegenstelling betekent. Wanneer men in de taalkunde spreekt van een antithese, dan bedoelt men hiermee, dat men twee begrippen, die een tegenstelling vormen, ook door hun plaats in den zin tegenover elkaar stelt, ’t Klinkt een beetje geleerd, maar door een voorbeeld wordt het gemakkelijk te begrijpen.

In de versregels b.v.:

Wordt eikenschors bij ’t pond gewogen, Men weegt kaneel bij ’t lood, zit een tegenstelling. En nu heeft men die beide begrippen eikenschors en kaneel en ook de begrippen pond en lood zó in den zin geplaatst, dat die tegenstelling duidelijk uitkomt.

Verder heeft het woord antithese in het Hollandse politieke leven nog een bizondere betekenis gekregen, als de tegenstelling tussen die richting, die den Bijbel aanvaardt als grondslag voor het publieke leven, en de richtingen, die menen, dat de Bijbel voor het staatkundig leven geen richtlijnen geeft. De grote staatsman dr. Abraham Kuyper heeft het woord antithese in deze betekenis dikwijls gebruikt. Tot dusverre had men de politieke richtingen in ons land meestal verdeeld in linkse en rechtse partijen. Die laatste uitdrukking heb je wel eens vaker gehoord, maar we zullen hierop later nog terugkomen.

Mede door toedoen van dr. Kuyper kwam er nu een andere verdeling, n.l. de tegenstelling tussen die partijen, die van mening zijn, dat de wil van God ook de grondslag voor de politiek behoort te zijn, en de andere, die menen, dat de godsdienst een persoonlijke zaak is, die met politiek niets te maken heeft.

Tot de eerste afdeling behoren dus zowel de Katholieke als de Protestants-Christelijke partijen, die dus in dit opzicht samengaan — hoewel in vele andere dingen van elkaar verschillend — omdat zij, naar dr. Kuyper het uitdrukte, „stoelen op één wortel des geloofs”. De tegenstelling nu tussen deze twee levensbeschouwingen wordt de antithese genoemd.