Gepubliceerd op 14-03-2021

Venus

betekenis & definitie

1) (grondbeteekenis: de liefelijke, vriendelijke) oorspronkelijk een lat. godin van de lente, tuinen en verschillende gewassen en als zoodanig door tuinders en wijnbouwers vereerd, dan stichtte zij vriendschap en verbintenis onder de menschen, waarom haar een tempel in Lavinium gewijd was; vandaar wordt ook de cloacina, een heiligdom van V. te Rome, als een herinnering aan den Sabijnschen maagdenroof beschouwd. Later werd zij met andere godinnen en vooral met de grieksche Aphrodite geïdentificeerd en als godin der schoonheid en der liefde vereerd.

Haar cultus werd vooral bevorderd door Caesar, die haar als stammoeder van zijn huis vereerde. Zij was de V. genetrix, de moeder van Aeneas, die de stamvader van ’t rom. volk en speciaal de verwekker van ’t keizerlijke geslacht zou zijn. De cultuur van V. bloeide ook buiten Rome, welke daar en elders in schoone tempels haar uitdrukking vond. Zie voorts Aphrodite.2) bij de alchimisten naam van het koper, waarnaar het aan Vernis gewijde eiland Cyprus is benoemd.

< >