Gepubliceerd op 14-03-2021

Typhus

betekenis & definitie

naam voor een reeks besmettelijke ziekten, die vergezeld gaan van zware koortsen. De abdominaal-, darm- of buiktyphus (Typhus abdominalis, of Febris typhoïdea), zenuwzinkingkoorts, heeft haar zetel in den darm en wordt veroorzaakt door een kleine staafbacil, de typhusbacil, die zich volgens de theorie van prof. von Pettenkofer vooral in den grond ontwikkelt en door het water en de lucht wordt verspreid.

In het menschelijk lichaam gekomen, blijven de typhusbacillen meestal in den darm hangen, waar zij hun schadelijke werking beginnen en giftige stoffen produceeren, die door middel van het bloed door het geheele lichaam worden verspreid. Nadat pijnen in ledematen en hoofd, gebrek aan eetlust en toenemend gevoel van verzwakking zijn voorafgegaan, breekt, ten teeken dat de vergiften zich door het lichaam verspreid hebben, de ziekte plotseling in volle hevigheid uit met hooge koorts, die 1—4 weken kan aanhouden; in de tweede week kunnen zich op buik en borst kleine roode vlekjes vertoonen. Behandeling: koude baden (dagelijks 2—4, van 30—22° C.), beperkte voeding met vloeibare stoffen (onvoorzichtigheid op dit punt, ook tijdens de beterschap, kan een instorting tengevolge hebben, die ernstiger is dan de ziekte zelf), onafgebroken bedrust. Na genezing der door de bacteriën veroorzaakte darmzweren herstelt de zieke in den regel vrij spoedig en het verlies in lichaamsgewicht wordt doorgaans in eenige weken weer ingehaald. Gevreesd zijn vooral de bijkomende verschijnselen, als darmbloeding en doorbraak van den darm als gevolg van de darmzweren. Van de bloeding kan de zieke zich herstellen, darmdoorbraak heeft veelal, doordat een buikvliesontsteking ontstaat, een doodelijken afloop.

De ziekte tast meest personen tusschen 20—30 jaar aan en komt het menigvuldigst voor in den nazomer. Van den zieke zijn vooral de uitwerpselen (met inbegrip der urine) besmettelijk, daar deze altijd typhusbacillen bevatten; deze komen in den regel ook voor aan kleeding en beddegoed der zieken. Angstvallige desinfectie is daarom een gebiedende noodzakelijkheid.Wie eenmaal buiktyphus heeft gehad, is in den regel voor het geheele verdere leven voor deze ziekte beveiligd. Overigens neemt de buiktyphus in de lijst der doodsoorzaken, gerangschikt naar haar menigvuldigheid, ongeveer de derde plaats in (na tuberculose en longontsteking). — Litteratuur: Pfeiffer, Typhusepidemien und Trinkwasser (Jena 1899), R. Koch, Die Bekampfung des Typhns Berl. 1903).

Een geheel andere ziekte is de exanthematische of vléktyphus (Typhus exanthematicus), die het meest voorkomt daar waar groote massa’s menschen opeengehoopt leven in gebrek en ellende (daarom ook wel hongertyphus genoemd), derhalve inzonderheid in dichtbevolkte arbeiderswijken en in legers te velde. Een bepaalden zetel (ziektehaard), zQoals de buiktyphus den darm, heeft de vléktyphus niet; de bacil er van kent men niet, evenmin de plaats van het lichaam waar zij dit binnentreedt. Zij is in hooge mate besmettelijk. De ziekte begint, na een tijdperk van matheid, pijn in hoofd en ledematen, met hooge ijlende koortsen, waarbij de huid heet en droog is en allengs bedekt wordt met een rood uitslag (ongeveer als bij mazelen), dat later blauw wordt; gewoonlijk daalt de lichaamstemperatuur na 1—2 dagen plotseling, zelden geleidelijk, terwijl het herstel zeer langzaam gaat. In sommige gevallen treedt onder zware hersenstoornissen de dood in. Het sterftecijfer wisselt in de tot heden nagegane epidemieën van 6—20%. Behandeling: koude baden.

< >