Gepubliceerd op 18-03-2021

Rabanus maurus

betekenis & definitie

geleerde, geb. * omomstreeks 776 te Mainz, werd opgeleid in het benedictijnenklooster te Fulda, werd 801 diaken en begaf zich 802 ter verdere ontwikkeling naar Tours tot Alcuinus, van wien hij naar den beminden leerling van den h. Benedictus den bijnaam Maurus ontving; 804 naar Fulda teruggekeerd, was hij verder als leeraar werkzaam, werd 814 priester gewijd en 822 abt van het klooster, welk ambt hij 842 nederlegde; 847 werd hij bisschop van Mainz, en overleed 4 Febr. 856.

Hg' was in alle toenmaals bekende wetenschappen ervaren en maakte de kloosterschool te Fulda tot de beroemdste in Duitschland, zoodat men hem den „praeceptor Germaniae” (leermeester van Duitschland) genoemd heeft. Van zijn talrijke werken noemen wij hier: De Universo lïbri XXII sive Etymologiarum opus, een soort van encyclopedie. Een uitgave zijner werken vindt men in dl. 107—112 van Migne’s „Patrologia latina”; zijn gedichten zijn uitgegeven door Dümmler (in dl. 2 der „Poetae latini aevi carolini”, Berlijn 1884).