Gepubliceerd op 23-02-2021

Pieter leonard van de kasteele

betekenis & definitie

nederlandsch dichter, geb. 13 Aug. 1748 te ’s Gravenhage, overl. 7 April 1810 te Leiden, werd door de Staten in 1773 benoemd tot amanuensis der commissie, belast met het vervaardigen van een nieuwe berijming der psalmen, was o. a. pensionaris der stad Haarlem, lid en na den dood van Pieter Paulus voorzitter der Nationale vergadering en onder Schimmelpenninck ‘en koning Lodewijk staatsraad. Als schrijver is hij bekend door: Proeven van stigtelijke mengelpoëzie (met H. v.

Alphen, 1772) en Gezangen (1780). Zijn heldendicht Henoch bleef onvoltooid.

< >