Gepubliceerd op 14-03-2021

Lodewijk caspar valckenaer

betekenis & definitie

nederl. philoloog, geb. 7 Juni 1715 te Leeuwarden, werd 1740 conrector te Kampen, 1741 professor in het grieksch te Franeker en 1766 te Leiden, waar hij 14 Maart 1785 overleed. Van zijn werken noemen wij: de uitgave van den griekschen grammaticus Ammonius (1739 en meerm.), van Euripides’ Phoenissae en Hippolytus benevens de Diatribe in Euripidis perditorum dramatum reiiquias (1767 en meerm.), der Brieven van Phalaris en der Idyllen van Theocritus.

Voorts leverde V. een rijken schat van aanteekeningen voor de uitgave van Herodotus door Wesseling. Na zijn dood verschenen: Callimachi elegiarwn fragmenta (1799, door Luzae) en de scherpzinnige verhandeling De Avis tol) aio Judaeo (1806, door Wesseling); zijn redevoeringen (Orationes) zijn 1784 uitgegeven, zijn Opuscula philologica critica et oratoria 1808 (2 dln., door Erfurdt).

< >