Jafa of Joppe, hoofdplaats van een district van het turksche gewest Jeruzalem, aan de kust, is de havenplaats van de stad Jeruzalem, waarmede het per spoor verbonden is, heeft tusschen 20.en 40.000 inw., steenen huizen, vele oude armeensche, grieksche en latijnsche kloosters, duitsche, engelsche en fransche scholen, een druk verkeer (vooral van bezoekers van het heilige land) en een uitgebraden handel. J. is eene der oudste havens der wereld.
Onder de romein, heerschappij was het de verblijfplaats van zeeroovers en ’t werd daarom verwoest door Vespasianus, die op die plaats een vesting deed aanleggen. Petrus had hier de bekende verschijning (Hand. X). In den tijd der kruistochten kwam J. tot grooten bloei, als de voornaamste landingsplaats der kruisvaarders; lang de twistappel tusschen de strijdende partijen, ging het in 1268 geheel voor de Christenen verloren. In 1799 werd J. door de Franschen onder Bonaparte bestormd. In 1832 bemachtigde Mehemed-Ali de stad, doch zij werd in 1840 door de Turken, met hulp der Engelschen en Oostenrijkers, hernomen.