nationaal balspel in Schotland, dat sinds eenigen tijd ook in Engeland en in de Vereenigde Staten in de mode is gekomen en naar men wil van hollandschen oorsprong is; het wordt gespeeld op een met lage zandheuvels bezet, met laag gras begroeid en door greppels doorsneden stuk grond; op gelijke afstanden van eenige honderden meters zijn in het rond 9 tot 18 kuilen gegraven; men gebruikt witte, 60 gram zware ballen van gutta-percha, die men voortdrijft met lange, z.g. clubs van verschillenden vorm, wier aantal wisselt van 7 tot 10 en die den speler door een bediende, caddiei geheeten, worden achterna gedragen. Het spel wordt gespeeld door twee personen of twee partijen, elk van twee personen; de spelers stellen zich op bij het laatste kuiltje, leggen hun bal op een zandhoop, tee geheeten, en moeten nu trachten deze met zoo weinig mogelijk slagen naar het eerstvolgende kuiltje te drijven.
Men onderscheidt twee soorten van matches of partijen; bij de eene komt het er op aan met zoo weinig mogelijk slagen de geheele ronde van kuiltjes te nemen, bij de andere zooveel mogelijk kuilen te maken. De speelplaats heet links; vermaarde links zijn die van Saint-Andrews met 18 kuilen (holes) en twee uren omtrek, die van North-Berwick bij Edinburg, die van Prestwiek enz.
