Eng. markiezen-, graven- en hertogstitel der familie Grey (zie ald.) en Sackville. De eerste graaf van D. uit laatstgenoemd huis was Thomas Sackville, geb. 1536, die als lord Buckhurst zitting nam in het Hoogerhuis ; hij werd na den dood van zijn tegenstander, Leicester, door Elizabeth tot groot-schatmeester benoemd en door Jakob I tot graaf van D. verheven; hij overl. 1606; hij is ook als dichter van de Mirrour of magistrales (1559), een dichtwerk in verhaienden vorm, bekend, en schreef met Thomas Norton het treurspel Verrex and Porrex, soms ook Gorboduc geheeten, waarin voor het eerst en met goed gevolg de vijfvoetige jambe in de eng. tragedie werd ingevoerd.
Zijn neef, Edward Sackville, graaf van D., geb. 1590, werd door Jakob I voor allerlei zaken van staat gebezigd ; in het Lagerhuis trad hij op als verdediger van Bacon van Verularn ; later genoot hij ook het vertrouwen van Karel 1 en koos bij het uitbreken van den burgeroorlog de zijde der koninklijken ; hij overl. 1652.
Charles Sackville, graaf van D., dichter en staatsman, geb. 1637, stond bij Karel II in hoog aanzien, viel echter bij Jakobus II wegens zijn verzet tegen diens despotisme in ongenade, werd daarop van zijn ambt als lord-stadhouder van Sussex ontheven, en trad bij het begin der revolutie met Willem III in verbinding; hij stierf 1706; van zijn gedichten bleef het zeemanslied „To all you ladies now at land” langen tijd populair bij de engelsche marine. Zijn zoon Lionel Craufield werd in 1720 door George I tot hertog van D. verheven. De hertogstitel stierf uit met Charles Germain, viscount Sackville, overl. 29 Juli 1843.
