ook wel magister populi en praetor maximus geheeten, bij de Romeinen gedurende eenigen tijd titel van het hoofd van den staat; een D werd 9 jaren na het verdrijven der koningen, in 501 v. Chr. voor het eerst en later meermalen gekozen.
Dit gebeurde m moeilijke omstandigheden, zoowel bij binnenlandsche onlusten als bij buitenlandsche gevaren Ook werden soms dictators benoemd voor het bevelhebberschap m den oorlog, zonder burgerlijk gezag, of soms de zoodanigen, die in ’t geheel geen imperium hadden, maar slechts een voorbijgaande taak vervulden, b.v. om den jaarspijker in den tempel van Capitolinus te slaan (die. clavi tigendi tausa) de comitia te houden, (dict. comitiorum hahendorum causa), den census en inzonderheid de benoeming tot senatoren te verrichten,openbare spelen te vieren, godsdienstige plechtigheden te volvoeren (b.v. dictator feriarum Latinarum (ausa), buitengewone rechtsgedingen (quaestio) in te stellen enz. Oorspronkel ik had de dictator de geheele konmklyke macht, zells zonder provocatie en dus onbeperkt, wat later veranderd werd. ï)e aanwezige consuls en andere overheden moesten, behalve de volkstribunen, hun ambt nederleggen, doch aanvaardden het weder, wanneer de dictator aftrad Behalve het onbeperkt opperbevel in den oorlog, had de dictator, dien in geval van nood liet roer van staat in handen was gegeven, de hoogste rechtsmacht, eerst zonder provocatie. Om alle misbruik van deze hoogste macht te keeren, had men bepaald, dat het dictatorschap hoogstens 6 maanden zou duren, en het gebruik wilde, dat de dictator ook binnen dien tijd aftrad, zoodra hij zijne bediening verricht had. Ook had de dictator geene vrije beschikking over de financiën. Van de uiterlyke teekenen van waardigheid had hij behalve de sella curulis eu de praetexta, 2-i lictors met fasces en bijlen. De benoeming van een dictator ging met uit van het volk, maar van den senaat, die bij den drang der omstandigheden tot het kiezen van een dictator besloot en aan den consul opdroeg om den, door den senaat aangewezen persoon tot dictator te maken. Op deze wijze wordt de benoeming op de meeste plaatsen voorgesteld Als bij uitzondering konden ook de krijgstribunen consulari potestate dictators benoemen, praetors eu mterreges evenwel konden dat niet. De dictator koos zich na zijne benoeming een magister equitum tot helper en bij voorkomende gelegenheden tot plaatsvervanger.
In den beginne was ook het dictatorschap slechts voor patriciërs toegankelijk, voor ’t eerst in 350 v. C. was het een plebejer. Tegen het einde van de republiek had men in 120 jaren geen dictator gehad, toen Suila tot dictator perpetuus benoemd werd Ook Caesar nam deze waardigheid aan, doch Antonius schafte haar, door eene wet, voor altijd af. Augustus wees haar dan ook van de hand en zy werd nimmer hersteld.
In den lateren tijd werden vooral in Zuid-Amerika gekozen staatshoofden met een aan die der oude romeinsche dictators herinnerende functie, dictators geheeten.