Gepubliceerd op 20-01-2021

Chiloë

betekenis & definitie

1) Zuidelijkste provincie der republiek Chili, bestaande uit het eiland Chiloë, de Chonos-archipel en de-tegenovergelegen westkust van Patagoniê tot den kam der Cordilleras: oppervlakte 10348 km2., 78.000 inw.; hoofdpl. Ancud

2) Eiland der gelijkn chileensche provincie, aan de westkust van Zuid-Amerika, door de golf van Ancud en de Corcovadobaai van het vasteland gescheiden, is heuvelachtig (hoogste punt Cerro Contento, 900 meter), nog bijna geheel met dichte oerwouden bedekt, heeft aan de oostkust tal van kleine havens (Chacao, Dalcahue, Castro, Chonchi), bezit een oceanisch (vochtig, jaarlijksche regenval te Ancud 3400 mm.), echter tamelijk gestadig en gezond klimaat, en levert aanzienlijke hoeveelheden graan en hennep; de westkust is met klippen bezet en ontoegankelijk.
C. en de omgelegen archipel werd in 1558 door Garcia de Mendoza ontdekt en in 1565 door Spanje in bezit genomen; toen de Spanjaarden in 1818 na den slag aan de Maipu zich genoodzaakt zagen Chili te ontruimen, vestigden zij zich op het eiland G, vanwaar zij in 1826 echter eveneens werden verdreven.

< >