of smalt Een kobaltkleurstof (zie Kobalt), fabriekmatig bereid door gerooste kobaltertsen met kwartszand en potasch te vermengen en dit mengsel in potten in een glasoven te smelten; het op die wijze verkregen glas wordt, zoodra het uit den oven komt, in water uitgegoten, waardoor het zeer broos wordt en tot een grof poeder uiteenvalt; daarop wordt het door stampen verbrijzeld en na toevoeging van water in molens fijn gemalen; de fijngemalen stof wordt voorts met water in groote waschvaten geworpen, ten einde het te slibben; het product, dat allereerst bezinkt, is het grofst van korrel on wordt strooiblauw of strooizand geheeten; het wordt hetzij nogmaals vermalen, hetzij dadelijk in den handel gebracht. Uit het troebel water, dat van het eerste waschvat in een tweede afgegoten wordt, bezinken achtereenvolgens het blauwsel en het slijkeschel.
Door herhaaldelijk te malen en te slibben verkrijgt men verschillende kwaliteiten blauwsel; de beste (die welke het rijkst is aan kobalt en het fijnst van korrel is), heet koningsblauw. In den laatsten tijd is het blauwsel als middel om te blauwen grootendeels vervangen door het kunstmatig ultramarijn, dat in hoofdzaak uit zwavelnatrium en kiezelzure aluinaarde bestaat. Het blauwsel werd het meest gebruikt voor het blauwachtig kleuren van schrijfpapier, voor kristalglas, email, enz.Waschblauwsel of nieuw blauwsel, zie Blauwe kleurstoffen (indigo).