Gepubliceerd op 06-12-2018

ZWEETHUIS

betekenis & definitie

ZWEETHUIS, o. (...zen), drooghuis voor de tabak;

...KAMER, v. (-s), (geneesk.) eene soort van dampbad; (oudt.) gewelfde plaats met vuurhaard en buizen ter verwarming van de daarboven liggende vertrekken;
— (scherts) kamer waar examen afgenomen wordt;
...KAMERTJE, o. (-s), kamertje waarin de candidaten vertoeven om den uitslag van hun examen af te wachten, terwijl de examinatoren over hen beraadslagen;
...KANAALTJE, o. (-s), (ontl.) buisje van de zweetklieren tot de huidoppervlakte;
...KIST, v. (-en), (leerl.) kist waarin de huiden gesmart of onthaard worden;
...KOORTS, v. (-en), koorts die met sterk zweeten gepaard gaat;
...KLIERTJE, o. (-s), organen die het zweet afscheiden;
...KUIL, m. (-en), zweetkist;
...KUUR, v. (...kuren);
...LUCHT, v. onaangename reuk van het zweet;
...MIDDEL, o. (-en), middel ter bevordering van het zweeten;
...POEDER, o. poeder ter bevordering van het zweeten;
—, v. (-s), eene dosis van dit poeder;
...STOOF, v. (...stoven), zweetkamer, warm bad.

< >