WEGPAKKEN - (pakte weg, heeft weggepakt), inpakken : zijne boeken wegpakken, om ze voorloopig niet meer te gebruiken;
— pakkende, grijpende wegnemen: appels, peren wegpakken;
— zich wegpakken, zich verwijderen: pak-je weg, schurk !;
— stil heengaan, zich uit de voeten maken : hij heeft zich weggepakt.