VRUCHTELOOS - bn. bw. (...zer, -t), zonder vrucht, van vrucht ontbloot; (fig.) vergeefsch, tevergeefs : vruchtelooze moeite; alles bleef vruchteloos.
VRUCHTELOOSHEID, v. gebrek aan vrucht; (fig.) vergeefsche moeite.
Gepubliceerd op 06-12-2018
betekenis & definitie
VRUCHTELOOS - bn. bw. (...zer, -t), zonder vrucht, van vrucht ontbloot; (fig.) vergeefsch, tevergeefs : vruchtelooze moeite; alles bleef vruchteloos.
VRUCHTELOOSHEID, v. gebrek aan vrucht; (fig.) vergeefsche moeite.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: