vruchteloos
vruchteloos - Bijvoeglijk naamwoord 1. zonder vruchten ♢ Er staan vruchtloze, rood bloeiende paardenkastanjes. 2. (overdrachtelijk) zonder resultaat ♢ De zoektocht was vruchteloos. ♢ Na jaren vruchteloos overleg lij...
Wiktionary (2019)
vruchteloos - Bijvoeglijk naamwoord 1. zonder vruchten ♢ Er staan vruchtloze, rood bloeiende paardenkastanjes. 2. (overdrachtelijk) zonder resultaat ♢ De zoektocht was vruchteloos. ♢ Na jaren vruchteloos overleg lij...
Muiswerk Educatief (2017)
vruchteloos - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: vruch-te-loos 1. zonder resultaat ♢ zijn poging om het dier te redden was vruchteloos Bijvoeglijk naamwoord: vruch-te-loos ... is vruchtelozer dan ... ...
Van Dale Uitgevers (1950)
bn. bw. (...lozer, -t), zonder vrucht, alleen fig., vergeefs, resp. tevergeefs: vruchteloze moeite; alles bleef vruchteloos ; vruchteloos trachtte hij te ontsnappen.
M. J. Koenen's (1937)
bn., bw.; zonder resultaat, ijdel, vergeefs: een vruchteloze aanval; vruchteloos smeken.
Jozef Verschueren (1930)
('vruchtɘlo:s) bn. en bw. (...lozer, -t) 1. zonder vrucht(en). 2. ijdel, vergeefs: een...loze poging; strijden.
J.H. van Dale (1898)
VRUCHTELOOS - bn. bw. (...zer, -t), zonder vrucht, van vrucht ontbloot; (fig.) vergeefsch, tevergeefs : vruchtelooze moeite; alles bleef vruchteloos. VRUCHTELOOSHEID, v. gebrek aan vrucht; (fig.) vergeefsche moeite.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: