VERKNIPPEN - (verknipte, heeft verknipt), knippende stukmaken, slecht knippen: kinderen verknippen graag papier;
— in kleine stukjes knippen ;
— knippende bederven : die naaister heeft de japon verknipt;
— uitknippen;
— (gew.) verkwikken, opknappen: 't is buiten koud, ik verknip van de warmte. VERKNIPPING, v. het verknippen.