Toehooren - (hoorde toe, heeft toegehoord), aanhooren, luisteren: aandachtig bij eene preek toehooren; hij hoorde toe, hij luisterde en zei niets;
— (ook) toebehooren.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: