Gepubliceerd op 02-12-2018

Studeeren

betekenis & definitie

Studeeren - (studeerde, heeft gestudeerd), zich (inz. in de geleerde vakken) oefenen: vlijtig, druk, met lust, gejaagd studeeren;

— zich toeleggen om (iets) te weten, te kennen: in de talen, in de letteren, in de medicijnen studeeren;
— zijne zonen laten studeeren, student laten worden;
— waar studeert hij, in welke plaats volgt hij de academische lessen?;
— van buiten leeren: op eene preek, eene les studeeren;
— overpeinzen, overdenken : daar moet ik eerst nog op studeeren; hij studeert op de middelen, hier vandaan te komen;
— met aanduiding van hoe men door het studeeren wordt: zich arm, ziek, gek studeeren.