Gepubliceerd op 29-11-2018

Schijnkoning

betekenis & definitie

Schijnkoning - m. (-en), zwakke, nietige koning; (Fr. gesch.) de schijnkoningen (of schaduwkoningen), van Childerik tot Pepijn den Korten;

...OORLOG, m. (-en), manoeuvre;
...OVERGANG, m. (-en), zekere redekunstige figuur;
...PHILOSOOF, m. (...sofen);
...PHILOSOPHIE, v. valsche wijsbegeerte;
...RAKET, v. (plantk.) een op zandgrond, vrij zeldzaam voorkomend plantengeslacht (erucastrum pollichii), tot de familie der kruisbloemigen behoorende;
...REDEN, v. (-en), schijnbare, valsche reden;
— (w. g.) drogreden, sophisme;
...REDENAAR m. (-s, ...naren), (w. g.) drogredenaar, sophist,

< >