Samenstellen - (stelde samen, heeft samengesteld), bij elkander stellen, in goede orde schikken; verschillende doelen tot een geheel samenstellen, iets vervaardigen, maken: eene machine is uit veel deelen samengesteld; eene machine samenstellen; geneesmiddelen worden uit verschillende stoffen samengesteld;
— een woord samenstellen, uit twee bestaande woorden een nieuw woord vormen;
— opstellen, schrijven: eene brochure samenstellen.