Gepubliceerd op 01-11-2018

Ontleenen

betekenis & definitie

(ontleende, (ontleende, heeft ontleend), (Zuidn.) van iem. te leen nemen : zij hielden het verborgen, dat zij geld ontleend hadden;

— (fig.) eene abstracte zaak tot zich nemen van iets of van iem. waarbij zij rechtstreeks aanwezig is : de maan, die haar glans ontleent aan de zon; zijn naam ontleenen aan iem. of iets; (als bnw.) met ontleenden pronk en luister;
— iets aannemen of in gebruik nemen of ontvangen, waartoe de in de bepaling genoemde persoon of zaak de oorzaak of de aanleiding is geweest; de invloed, dien zij aan hun geboorte ontleenden; godsvrucht, iets waaraan de vrouw vooral hare hoogste beminnelijkheid ontleent. ONTLEENING, v. (-en), het ontleenen.